Op 26 november 2023 werden de eerste Friestalige ‘Stolpersteinen’ geplaatst door de Duitse kunstenaar Gunter Demnig van de familie Kaufmann op de stoep voor het huis op de Burgemeester Bothenius Lohmanlaan 1 in Burgum waar de familie was ondergedoken in de Tweede Wereldoorlog.
Dood bent u pas, als u vergeten wordt
Bij de struikelstenen van het echtpaar Kaufmann
Siebe Siebenga
Een onvergankelijk eerbewijs in Burgum
Een oud Joods gebruik is om een steentje te leggen op de plek waar een dierbare is begraven. Dat kwam, omdat vroeger in de tijd van Abraham, de Joden een nomadisch herdersvolk was dat door de woestijnen trok. Als je op zulke plaatsen kwam te overlijden, droeg iedereen een steentje bij, om later het graf terug te vinden. Er worden nu drie Joodse betekenissen aan gegeven. De eerste is dat je een teken achterlaat dat je er geweest bent. Op de tweede plaats eer je de overledene en op de derde plaats is je eerbewijs in principe onvergankelijk.
Dit verhaal gaat over het Joodse echtpaar Paul Kaufmann en Klara (Káte) Katharina
Kaufmann-Kaufmann. Paul Kaufmann is geboren in Rotterdam op 15 maart 1887, zoon van Joseph en Ida Kempenich.
Van Klara Katharina’s genealogische gegevens is niet zoveel bekend. In het begin van hun huwelijk woonden ze in Amsterdam, waar op 11 oktober 1915 Fred, een jongetje werd geboren. Later op 4 juni 1921 kregen ze ook nog een meisje, genaamd Jeanne Emely. In de twintiger en begin dertiger jaren woonden ze in Berlijn en Mönchengladbach. Het is aannemelijk dat ze door het opkomende antisemitisme terug naar Amsterdam zijn gegaan, maar daar straks meer over. Ze woonden op 1 februari 1941 in de Achillesstraat, nummer 88.
In 1943 was dit Joodse echtpaar ondergedoken in Burgum bij het echtpaar Geert Haayes Pietersma en Emkje Pietersma-Timmermans aan de Westersingel, wat nu de Burgemeester Lohmanlaan 1 is. Dit was voor deze mensen vanzelfsprekend. Ze hadden dat vroeger ook al gedaan voor Duitse 'Ferienkinder', slachtoffers van de eerste wereldoorlog. Zie oorkonde hieronder.
In 1943 was dit Joodse echtpaar ondergedoken in Burgum bij het echtpaar Geert Haayes Pietersma en Emkje Pietersma-Timmermans aan de Westersingel, wat nu de Burgemeester Lohmanlaan 1 is. Dit was voor deze mensen vanzelfsprekend. Ze hadden dat vroeger ook al gedaan voor Duitse 'Ferienkinder', slachtoffers van de eerste wereldoorlog. Zie oorkonde hiernaast. In hun huis woonden toen ook hun eigen twee kinderen, vier evacués en nog twee onbekende Joodse onderduikers. Bij onraad kropen ze boven achter de luiken. Dit was regelmatig nodig, omdat de Duitsers schietoefeningen op het ‘Koningsveld’ (nu voetbalveld) hadden. Als ze verkleumd waren, zochten ze even de warmte achter in de werkplaats. Omdat Emkje niet wilde hebben dat ze in huis kwamen, kantelde ze de kachelpijp. Het huis stond dan zomaar vol rook en hier hadden de Duitsers een hekel aan.
Het was een ondraaglijke tijd voor het Joodse onderduikersechtpaar. Ze moesten vaak zonder hun kinderen de tijd doorkomen. Deze zaten op een andere plek ondergedoken, zodat ze niet de kans liepen dat het hele gezin in één keer zou worden opgepakt. Zo was het ook met het gezin Kaufmann. Zoon Fred was koopman volgens de gegevens, maar ook kantoormedewerker en woonde toen in het Overijsselse Borne. Jeanne Emely was kinderverzorgster. De wetenschap dat hun kinderen konden worden opgepakt, werd vader Paul Kaufmann noodlottig. Hij is op zijn onderduikersadres overleden op 7 oktober 1943 uit pure heimwee en letterlijk, dodelijke ongerustheid. Je kunt wel zeggen een ‘gebroken hart’. De familie Pietersma had toen een groot probleem. Hoe kon het stoffelijk overschot van de Joodse onderduiker op eervolle wijze worden begraven? Gelukkig bracht huisarts Hornstra uit Burgum net op tijd uitkomst en heeft voor de papieren gezorgd, want zij zouden bijna overgaan tot het begraven in hun eigen tuin. Mevrouw Pietersma heeft toen met dokter Hornstra, Paul Kaufmann op het kerkhof gebracht.
Vader Kaufmann wist dus niet waar zijn kinderen Fred en Jeanne Emely waren en was bang dat hij hen niet terug zou zien. Zijn angstige vermoedens kwamen uit. De 27-jarige zoon Fred en dochter Emely waren wel ondergedoken, maar werden verraden. Ze zijn opgepakt in Genre bij Dalfsen en 15 dagen later in het Poolse Sobibor zijn ze direct vergast, op 20 maart 1943. Dochter Jeanne Emely was op dat moment 21 jaar en is dus ook opgepakt. Zij is op dezelfde dag als haar broer vergast in Sobibor. Paul Kaufmann wist waartoe de nazi’s in staat waren. Hij had ook nog broers en een zusters die het een en ander al hadden meegemaakt.
Foto van een zogenoemde “stolperstein” (struikelsteen) van de Duitse kunstenaar Günter Demnig, Hij wil door het plaatsen van kleine messing gedenksteentjes in het trottoir Joden herdenken die op die plek hebben gewoond. In Nederland had het Overijsselse Borne in 2007 de primeur en toen is Fred Kaufmann zijn steen ook geplaatst.
Moeder Klara (Káte) Katharina Kaufmann-Kaufmann heeft de oorlog overleefd en is geëmigreerd naar Ecuador. Hier woonde ze bij een zuster. Ze heeft briefcontact met dochter Akke Pietersma gehouden. Dat Paul Kaufmann officieel bij de Kruiskerk ligt, is pas geregeld in 1951 met een overlijdensakte van de gemeente Tytsjerksteradiel. Er is een steen op het kerkhof gekomen voor Paul Kaufmann. Toen deze in 1977 vervangen moest worden, heeft Klara 1500 gulden voor een nieuwe grafsteen in een envelopje gedaan en opgestuurd. In 1981 kwam de laatste brief met het bericht dat Klara was overleden op 92-jarige leeftijd. Ook hier stond in dat ze altijd vrienden om zich heen had en dat ze zich verdienstelijk heeft gemaakt als voorzitter van Joodse vrouwenverenigingen.
De grafrechten van het graf waren in 2005 verlopen en toen hebben de bewoners van de Burgemeester Lohmanloane nummer 1, de grafsteen bij hun huis geplaatst. Dit eerbewijs is bewerkstelligd door Wierd en Fokje Pietersma aan de Joodse textielkoopman Paul Kaufmann en zijn helpers Geert Haayes Pietersma en Emkje Pietersma-Timmerman. Deze mensen vinden dat de steen bij het huis hoort om de herinnering van deze Joodse onderduiker levend te houden. Zo kwam Wierd op de plek waar de onderduikers zaten ook een fiets met cushionbanden tegen en die staat nu achter het huis te pronken onder het afdakje. Alles uit die tijd wordt bewaard; de verhalen van vader en moeder en opa en oma worden niet vergeten.
Op het grafsteen (dat naast het huis ligt) staat deze Bijbeltekst….. Jesaja 56 vers 5.
Ik zal hun in Mijn huis en binnen Mijn muren een plaats en een naam geven, beter dan die van zonen en dan die van dochters; een eeuwige naam zal Ik ieder van hen geven, een naam die niet uitgewist zal worden.
In 2023 waren Wierd en Fokje Pietersma van mening dat een onvergankelijk eerbewijs in de vorm van struikelstenen op zijn plaats zou zijn. Die twee struikelstenen/ stroffelstiennen met de namen Paul Kaufmann en Klara Katharina Kaufmann-Kaufmann komen van de Duitse kunstenaar Gunter Demnig. Er zijn al meer dan 100.000 duizend al gelegd in Europa, maar dit zijn de beide eersten in de Friese taal.
Op 23 november 2023 heeft Gunter Demnig de beide “Stroffelstiennen” geplaatst op de stoep voor het huis op de Burgemeester Bothenius Lohmanlaan 1 in Burgum.
Informanten: Wierd en Fokje Pietersma, Henk Zijlstra (Burgum)
Bronnen: Gemeentearchief Tytsjerksteradiel. OBSERTVEUM museum en Sterrenwacht Burgum
Boeken: Slein mar oerein, E. Spyksma-Schotanus
Ontduiken en onderdrukken, Annette Evertzen
Ynternet: www.restitutiecommissie.nl
Deel deze pagina met: